Van oudsher sierde golvende meidoornheggen het Zuid-Limburgse Heuvellandschap. Deze heggen creërde een duidelijke erfafscheiding en hiernaast zorgden ze ervoor dat het vee binnen ieders eigen percelen bleef. Na de komst van het prikkeldraad werden veel van deze heggen en hagen helaas vervangen door ijzeren veekeringen. De waarde van heggen is groot, vanwege het bieden van nestgelegenheid, maar ook gebruiken veel diersoorten deze heggen om zich te verplaatsen door het landschap. Door deze verbindingen raken terreinen minder geïsoleerd en wordt (genetische) uitwisseling voor veel soorten makkelijker. Daarom is het beheren en behouden van dit typisch Zuid-Limburgse heggenlandschap niet alleen een mooi beeld, maar ook nog eens erg nuttig voor heel veel soorten.

Ook voeren wij regelmatig onderhoud uit in het openbaar en landschappelijk groen. Denk hierbij aan diverse zaagwerkzaamheden zoals het verwijderen van opslag en bomen. Maar ook het maaien van grazige vegetaties tot het verwijderen van braamstruwelen. 

Tijdens een wandeling door het Zuid-Limburgse landschap zijn ze niet te missen: De verschillende graften in het landschap. Met het afzetten van de aanwezige heesters, vaak soorten als kornoelje, hazelaar, meidoorn enz. onstaat er afwisseling in vegetatie, namelijk heesters afwisselend met gras en kruidenrijke (vaak ruigere) vegetatie. Hiervan profiteren veel soorten. Fasering en variatie aan soorten is hierbij van belang. Een soort die hiervan profiteert is bijv. het vliegend hert. Hakhoutbeheer wordt ook toegepast in bosranden bijv. t.b.v. de hazelmuis. Door te kappen in bosranden ontstaan er weer open plekken in de randen waardoor er ruimte is voor de ontwikkeling van struweel en soorten als hazelaar en braam. Een zone waarin de hazelmuis leeft en hiernaast worden de overgangen van grasland en andere lage vegetatie naar bos geleidelijker. Ook sierden knotwilgen en nadere knotbomen van oudsher het landschap in natte gebieden. Het behoud van deze knotwilgen is belangrijk voor meerdere soorten waaronder de steenuil. Deze worden 1 keer per 3-5 jaar geknot.

Natuurlijke begrazing

In sommige gevallen kiest men voor natuurlijke begrazing. Natuurlijke begrazing kan toegepast worden in verschillende vormen en met een breed scala aan grazers . Jaarronde begrazing, extensieve begrazing, drukbegrazing, kleine grazers, grote grazers. Samen kijken we naar het gewenste beeld en doel, afhankelijk hiervan zetten we een ras en begrazingsmethode in om dit doel te bereiken. Begrazing biedt vele voordelen t.o.v. maaien. Zo heeft begrazing een veel kleinere impact op de aanwezige insecten. Zo bieden de dorre stengels die grazers laten staan en niet eten voor een overwinteringsplek voor diverse insecten.

Naast het begrazen van terreinen kan men ook kiezen voor het maaien van terreinen. De keuze om te maaien kan bijvoorbeeld worden gemaakt op het moment dat men een perceel wilt verschralen (afvoeren van voedingsstoffen). Ook begrazen zorgt op den duur voor verschraling, echter met maaibeheer verschralen de terreinen sneller.